donderdag 23 augustus 2012

Patroonherkenning (Modellenbingo 3)

Dat ons vak bol staat van de Modellen is geen nieuws. Vooral de 2-assen-4-kwadranten-versies zijn populair, ik schreef er al eerder over. Allemaal niet zo erg als je ze maar met de nodige luchtigheid weet te relativeren. Want het vervelende van de 2-assen-4-kwadranten-modelletjes is dat ze de inhoud al vastleggen. De modelbouwer heeft bepaald welke assen relevant zijn (en dus ook welke niet). Je bekijkt de werkelijkheid door een heel beperkte bril, die je ook nog eens door een ander wordt opgezet. Eigenlijk is het niet eens een bril, maar een set oogkleppen…

Hetzelfde geldt voor de ‘typologie-indelingen’. Ook daar krioelt het van. En al ontstijgen ze vaak de 4 kwadranten, er is altijd een beperkte set van mogelijkheden om uit te kiezen. Een vragenlijst bepaalt tot welk type je behoort, of wat je ‘persoonlijk profiel’ is als combinatie van de verschillende types. Bekende voorbeelden zijn de 9 typen uit het Enneagram, de Waardenkleuren uit Spiral Dynamics (en daarvan afgeleide varianten als Management Drives, WaardenManagement etc), de Denkhoeden van de Bono, of de Teamrollen van Belbin.

Maar stel nu dat ik mezelf, op basis van zelfkennis en feed-back van anderen, zou omschrijven als een typische ‘Cameraman’. Nooit op de voorgrond in groepen, maar wel alles goed registrerend. Met het vermogen om in te zoomen op details, maar ook in staat om in een ‘totaalshot’ het hele plaatje te overzien. En met oog voor perspectief, voor het effect van verschillende standpunten en invalshoeken. Klinkt best aannemelijk, toch?

Het probleem is dat een trainer/coach bij het lezen van de uitslag van mijn ‘Belbin-test’ nooit verbaasd zal uitroepen: ‘Niet te geloven! Je valt buiten de beschreven rollen en je blijkt een echte Cameraman!’ Dat kan niet. De Cameraman is als optie niet in het model gestopt en kan er dus ook nooit uitkomen. Ik zal het altijd moeten doen met een door Belbin voorgekookte rol als ‘Bedrijfsman’, ‘Waarschuwer’ of ‘Plant(!)’ of, als het model er echt geen chocola van kan maken, met een vage combinatie daarvan. Maar dan nog zal dat voor de ware Belbin-believer geen reden zijn om te twijfelen. Conclusie is dan waarschijnlijk: ‘Interessant, je bent aanspreekbaar op meerdere rollen’.

Leuker dan dit soort ‘Gesloten Modellen’ zijn daarom de ‘Open’ varianten.  Ze geven geen beperkte opsomming van typen of stijlen, maar zijn ‘slechts’ een instrument om je eigen type te definieren. Ze laten de inhoud over aan jou als gebruiker. Zo word je bij Kernkwaliteiten vanuit een zelfgekozen Kwaliteit door het model ‘geleid’ naar je Valkuil (doorgeschoten variant van) of Allergie (negatief tegenovergestelde van).

Het krachtigste voorbeeld van een ‘open’ model vind ik de ‘Archetypen’ van Senge. Hij beschrijft in zijn boek ‘De 5e Discipline’ een aantal veel voorkomende patronen in organisaties. In elkaar grijpende oorzaak-gevolg-relaties die ervoor zorgen dat problemen hardnekkig blijven terugkeren. Die patronen heeft hij gevisualiseerd en beschreven. Zo laat hij in ‘Afschuiven van de last’ zien dat het doen van logische en voor de hand liggende ingrepen het (onderliggende) probleem vaak juist versterkt. Het schieten in korte termijn oplossingen zorgt er immers voor dat de noodzaak om te onderzoeken wat er echt aan de hand is weer even verdwijnt.

Voorbeeld: als manager controleer je, om fouten te voorkomen, alle offertes voordat ze naar de klant gaan. Dat lijkt maar goed ook, want je vindt altijd wel wat! Je scherpe blik zorgt er helaas wel voor dat de hele afdeling erop vertrouwt dat jij alle onvolkomenheden, hoe klein ook, er wel uit zult halen. En dus blijven ze fouten maken...

Hoe succesvoller de korte termijn aanpak, hoe groter de remmende werking op de structurele oplossing. Het veroorzaakt een ‘verslavingscyclus’ van eeuwigdurend brandjes blussen. En helaas wordt de rol van ‘Brandweerman’ ook nog eens hogelijk gewaardeerd in de meeste organisaties. Veel managers, professionals en adviesburo’s ontlenen er met plezier en succes hun status aan...

Heb je eenmaal oog voor dit soort patronen dan vallen heel veel verschillende inhoudelijke vraagstukken opeens op hun plek. En het visualiseren en boven tafel halen van het patroon is een eerste waardevolle stap in het vergroten van de kans om het ooit te doorbreken. Arend Ardon schreef er recent een helder en praktisch boek over.

Systemisch kijken, patronen leren herkennen en terugkerende cirkels doorbreken. Dat is leren en veranderen van een andere orde. Natuurlijk vormt ‘systemisch kijken’ in zichzelf ook weer een aparte, beperkte bril. Maar dan wel een soort ‘multifocale’, waar je (ik) weer een tijdje mee vooruit kunt…