Een zorgverzekeraar zendt al enige tijd TV-spots uit, waarin de keuzevrijheid van de patient centraal staat. ‘Het advies komt van ons, de keuze is aan U’.
Vanuit het perspectief van een patiënt, aan de vooravond van een operatie, worden drie specialisten gepresenteerd. De eerste ‘dicht bij huis’, de tweede ‘met veel ervaring’ en een derde ‘waar u snel terecht kunt’.
Vervolgens horen we de stem van de patiënt zeggen: ‘Dan kies ik voor dokter Luijks, want ik vind ervaring belangrijk’.
So far so good. Hoewel: het zijn natuurlijk hele ‘nette’ criteria die gepresenteerd worden. Een patiëntenstem die zou zeggen: ‘Dan kies ik voor een vrouw, want ik wil niet dat mijn partner behandeld wordt door een mannelijke arts’ zou al een veel controversiëler spotje opleveren ;-)
Maar het begon me vooral op te vallen dat de keuze elke keer hetzelfde is: altijd maar weer die dokter Luijks! Was het niet logischer geweest als er door de spotjes heen, verschillende keuzes werden gemaakt door de ‘patient’? Nu lijkt het er sterk op dat de zorgverzekeraar ons een keuze in de mond wil leggen. Zou hier soms alvast vooruit gelopen worden op de clustering, de specialisatie van ziekenhuizen, die (gesteund door de zorgverzekeraars) gaande is? De keuze voor ‘ervaring’ staat in dat geval model voor de keuze voor een gespecialiseerd ziekenhuis, boven bv een algemeen streekziekenhuis (‘dicht bij huis’) of een ziekenhuis, waar de operatie minder vaak (lees duurder) wordt uitgevoerd (‘waar u snel terecht kunt’).
Maar dan gaat het hier niet om het bevorderen van de keuzevrijheid, maar juist om het soepel kunnen beperken ervan: ‘wen er maar vast aan, straks kunt u alleen nog terecht in enkele gespecialiseerde centra in ons land voor deze operatie’. We ‘leren’ dan in deze spots als het ware alvast om ervaring als belangrijkste criterium te hanteren bij onze toekomstige keuzes.
Er schuilt daarnaast nog een paradox in de boodschap. Er wordt immers geen ziekenhuis met ervaring, maar een specialist met ervaring gepresenteerd. Als we allemaal het voorbeeld van de patiënt in het spotje zouden volgen, kiest iedereen vanaf nu voor een arts met veel ervaring. Prachtig. Maar hoe komen de artsen van de toekomst dan aan hun ervaring? Het is een keuze-vraagstuk als bij het ‘categorisch imperatief’ van Kant:
‘Handel volgens die maxime (leefregel) waarvan je tegelijkertijd kunt willen dat ze een algemene wet wordt’.
Met andere woorden: je moet handelen op de manier waarvan je zou willen dat iedereen zo zou handelen.
Als iedereen ervaring als vereiste stelt, ontneem je jonge artsen de mogelijkheid om ervaring op te doen. Per individu zal de afweging zijn: ‘prima, ervaring opdoen, maar niet op mijn lichaam’. Maar de optelsom van die individuele afwegingen blokkeert de noodzakelijke ervaringsopbouw voor de toekomst, waardoor het proces uiteindelijk doodloopt. Volgens Kant is het om die reden dus geen goede individuele keuze.
Het vastlopende proces staat ook bekend als de ‘tragedy of the commons’. Om de optimale situatie voor het collectief in stand te houden, zul je als individu af moeten zien van het voortdurend ‘maximaliseren’ van je eigen belang. Anders hol je met elkaar het fundament voor de toekomst uit. Ook van je eigen toekomst. Maar ja, wie zegt er nu spontaan tegen zijn specialist: ‘Weinig ervaring? Geen probleem: neemt u mij gerust als ‘oefenmateriaal’, da’s wel zo goed voor het collectieve zorgsysteem in Nederland…..’
Misschien is het dus niet in alle gevallen handig om, op basis van uitputtende informatie over ‘positieve keuzevrijheid’ te beschikken. En misschien volstaat in dit soort situaties een ‘negatieve keuzevrijheid’. Vanuit de redenering: ‘Ik vertrouw erop dat mijn behandeld arts capabel is om de operatie uit te voeren, tenzij ik sterke signalen heb die op het tegendeel wijzen.’
Vertrouwen op je eigen, of op andermans oordeel in een terrein waar je zelf totaal niet thuis bent. Het blijft een lastig dilemma, zonder eenvoudige antwoorden. Laat staan altijd hetzelfde antwoord …..
Geen opmerkingen:
Een reactie posten